Uit een recente studie blijkt dat melkvee rond afkalven vaak te maken heeft met tekorten aan vitamine E en β-caroteen. Dit kan nadelig zijn voor vruchtbaarheid, uiergezondheid en levensduur, waarschuwt Inne Gantois, nutritionist bij DSM Nutritional Products. Extra aandacht voor de gehalten aan vitamine E en β-caroteen in melkveerantsoenen in de droogstand en de transitieperiode kan bijdragen aan gezond melkvee.

[ Artikel onlangs verschenen in de Molenaar, geschreven door Carolien Makkink i.s.m. Inne Gantois ]

Vitamine E en β-caroteen
Vitamine E is nodig voor het goed functioneren van diverse organen en weefsels in het lichaam, zoals de spieren, het zenuwstelsel, de bloedsomloop, de voortplanting en het immuunsysteem. Vitamine E is ook een krachtig antioxidant dat helpt bij het onschadelijk maken van vrije radicalen in het lichaam. Bij melkvee beschermt een optimale vitamine E status tegen mastitis en optimaliseert het de melkproductie en -kwaliteit en de algemene diergezondheid en het welzijn. Een goede vitamine E voorziening is essentieel voor een lang en productief leven van een melkkoe. Als referentie wordt meestal aangehouden dat het bloed van een melkkoe tenminste 3,0 mg per liter dient te bevatten. Bij een lager gehalte hebben koeien 1 tot 9 keer meer kans op het ontwikkelen van mastitis in de eerste week na afkalven. Aanvulling van het rantsoen met extra vitamine E helpt vruchtbaarheidsproblemen - zoals aan de nageboorte blijven staan – voorkomen. Een hogere supplementatie kan helpen om het interval tussen afkalven en eerste tochtigheid te verkorten en het aantal inseminaties per dracht te verminderen.

Beta-caroteen is een antioxidant en een precursor van vitamine A en wordt ook wel het vruchtbaarheidsvitamine genoemd; het is betrokken bij de synthese van oestrogeen en progesteron en de ontwikkeling van de follikels. Daardoor is β-caroteen dus belangrijk voor een goede eicelkwaliteit en bescherming van het embryo. Op dit moment loopt - in samenwerking met de Universiteit van Antwerpen - aanvullend onderzoek naar de invloed van β-caroteen op de eicelkwaliteit, vertelt Gantois. Een tekort aan β-caroteen kan leiden tot vruchtbaarheidsproblemen en voortijdige afvoer van koeien. Als referentie geldt dat de β-caroteen voorziening in orde is bij een gehalte van 3,5 mg β-caroteen per liter bloed. Veel koeien tijdens de transitie halen dit gehalte niet, dus aanvulling van rantsoenen met β-caroteen is in veel gevallen gewenst, vertelt Gantois.

Transitie
DSM heeft samen met twee WUR studenten bij bijna 2500 koeien op 127 melkveebedrijven in vijf verschillende landen (België, Nederland, Duitsland, Spanje en Portugal) de vitamine E en β-caroteen niveaus bepaald tijdens droogstand en lactatie. De bevindingen uit de studie zijn recent gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Animal. Het onderzoek toont rondom het afkalven een duidelijke dip in het gehalte aan vitamine E (Figuur 1) en β-caroteen (Figuur 2) in het bloed, tot onder de wenselijke referentieniveaus. Op dag 5 na afkalven tonen koeien de laagste niveaus. De daling kun je verklaren doordat koeien vaak een voeropname dip laten zien en door een grote afvoer van deze vitaminen en antioxidanten via de biest, zegt Gantois. De laagste niveaus vallen net samen op het moment dat de behoefte aan vitamine E en β-caroteen verhoogd is vanwege de metabole stress rondom afkalven. Over alle productiefases had 75% van de bemonsterde koeien in het onderzoek te weinig vitamine E in hun bloed en 44% was ronduit deficiënt in β-caroteen. In de eerste twee weken na afkalven hadden bijna alle koeien een onvoldoende vitamine E status, maar ook aan het einde van de lactatieperiode was er bij de helft van de koeien nog sprake van een tekort. In de eerste twee weken na afkalven was 78% van de koeien β-caroteen-deficiënt en aan het einde van de lactatie had nog steeds 22% van de koeien te maken met een tekort.

“Er is wel sprake van een rantsoenseffect”, legt Gantois uit: “Grazende koeien, die vers gras opnemen, krijgen meer vitamine E en β-caroteen binnen, maar ook dan zijn de gehalten in het bloed nog steeds te laag. Wel constateren we dat in Nederland, waar graskuilrijkere rantsoenen worden verstrekt, de melkkoeien hogere waardes aan β-caroteen hebben, maar ook hier stellen we in de droogstand en bij de verse koeien nog respectievelijk 17% en 55% tekorten vast.”

De opname blijft achter ten opzichte van de behoefte: “We streven naar een opname van minstens 1500 mg vitamine E per dier dag tijdens de droogstand en minstens 750 mg per dier per dag tijdens de lactatie. Vitamine E wordt standaard verstrekt, maar we merken toch grote verschillen op tussen de melkveebedrijven. Voor β-caroteen wordt in de droogstand een opname van minstens 300 mg per dier per dag aanbevolen. Ook hier ontkomen we niet aan het inzetten van supplementen”, constateert Gantois.

Investeren tijdens de droogstand
Om problemen in de transitiefase en bij de start van de lactatie te voorkomen is het zinvol om al in de droogstand te investeren in een goede vitamine E en β-caroteen voorziening, zegt Gantois: “De primaire eicel ontwikkelt zich al in de droogstand, dus voldoende β-caroteen is in die fase al essentieel voor goede reproductieresultaten.” In de praktijk wordt nog te weinig β-caroteen gesupplementeerd, terwijl de voorziening via het droogstandsrantsoen vaak achterblijft: “Vers gras bevat weliswaar voldoende β-caroteen, maar maaien en inkuilen reduceert het gehalte enorm. Bovendien adviseren we in droogstandsrantsoenen om niet te veel graskuil te voeren omwille van het risico op melkziekte”, waarschuwt Gantois. Andere ruwvoeders, zoals luzerne en maïskuil bevatten te weinig β-caroteen..

Door in de droogstand extra vitamine E en β-caroteen te verstrekken, gaat de koe de lactatie in met extra reserves. Zo blijkt uit het onderzoek dat dieren met een hogere vitamine E en β-caroteen status in de droogstand ook hogere bloedwaarden noteren tijdens het begin van de lactatie. Gantois adviseert een supplementatie van ten minste 1500 mg vitamine E en 300 mg β-caroteen per dier per dag tijdens de droogstand voor een goede lactatiestart: “Idealiter supplementeren we de eerste weken na afkalven ook nog extra maar dit is in de praktijk, waar vaak niet met verschillende productiegroepen gewerkt wordt, minder haalbaar.” In Nederland wordt al goed gebruik gemaakt van de mogelijkheid om vitamine E in de droogstand aan te vullen, maar Spanje en Portugal blijven hierin duidelijk achter, zo blijkt uit het onderzoek van DSM. Ook supplementatie met β-caroteen varieert sterk tussen landen.

Advies
Ongeveer een kwart van de voortijdige afvoer van melkkoeien in de praktijk wordt toegeschreven aan vruchtbaarheidsproblemen. Een goede vitamine E en β-caroteen voorziening kan dit helpen voorkomen, met als gevolg betere bedrijfsresultaten, een langer productief leven van de melkveestapel, een betere diergezondheid en -welzijn, een duurzamere zuivelketen en toename van de maatschappelijk acceptatie van de veehouderij.

DSM kan op basis van de rantsoensamenstelling een optimaal advies geven over de beste dosering van vitamine E en β-caroteen in elke fase van het leven van een hoogproductieve melkkoe.

Figuur 1    Vitamine E gehalte in het bloed van melkvee, bij verschillende voersystemen

 

Figuur 2    Betacaroteen gehalte in het bloed van melkvee, bij verschillende voersystemen