Zeg niet te snel dat er geen harde winters meer bestaan! De thermometers staan al enkele dagen fors onder nul en volgens de jongste vooruitzichten kan dit nog wel een tijdje aanhouden. Niet evident voor de varkenshouder en zijn dieren... Het leek ons dan ook geen slecht initiatief om enkele maatregelen in verband met koudestress onder de aandacht te brengen. Eens te meer komt het er op aan om de basisprincipes rond lucht, water en voer zo goed mogelijk te controleren op het bedrijf.
[Geschreven door: Dr. W. Matthys, ing. E. Bouman]
Varkens hebben een vrij nauwe thermische comfortzone. Iedereen weet dat varkens tijdens de zomer snel last hebben hittestress, maar veel minder bekend is dat varkens ook kunnen lijden onder te lage omgevingstemperaturen. In beide gevallen (te koud, te warm) wijzigt het gedrag van het dier. Het wordt minder actief en gaat minder (frequent) voer opnemen. Dieren die er onvoldoende in slagen om hun lichaamstemperatuur op peil te houden, worden als gevolg van een verminderde weerstand ook extra gevoelig voor ziekten. Dat gaat gewoonlijk ook gepaard met een verminderde groeisnelheid en een lagere vruchtbaarheid.
Lucht
Koude lucht komt gemakkelijker de stal binnen dan warme lucht en bevat in principe méér zuurstof.
Eén van de grootste fouten die regelmatig worden gemaakt, bestaat er in dat bij kanaal-ventilatie of frisse neuzen systeem de inlaten té veel worden dichtgemaakt uit vrees voor een té koude stalomgeving. Check daarom ook de winterstand van de binnenkomende ventilatielucht en verwarm deze desnoods iets voor.
Water
Een goede hydratatie van het lichaam is belangrijk om alle metabolische functies te garanderen in de vitale organen. Controle op de water opname is daarom ook essentieel bij koud weer. Voor een voldoende wateropname moet het dier ook fysisch voldoende actief zijn, wat bij lage gevoelstemperaturen doorgaans niet het geval is.
Bij extreme koude dient er uiteraard ook extra aandacht te zijn voor het goed functioneren van het materiaal waarmee het voeder wordt verstrekt: vijzels, silo's...
Op varkensbedrijven die met brijvoer werken, riskeren vloeistoffen in buitenopslag te bevriezen. Ook de verpompbaarheid van het rantsoen wordt in het algemeen een stuk moeilijker. Door méér te roeren met roerinstallaties blijft het materiaal beter in beweging. Biggenvoeders eventueel opwarmen met warm water om té koude voeding te voorkomen.